Als gevolg van feitelijke booromstandigheden of onjuiste bediening van de boor ontstaan er vaak slijtagepatronen.
Als de boor niet vooraf wordt beoordeeld en opnieuw wordt geslepen voordat de slijtagecyclus aanbreekt, zal de boor slecht presteren of voortijdig kapot gaan.
Zorg ervoor dat de boor (behalve de tanden van aluminium) niet in contact komt met het metalen oppervlak